Er zijn van die spelers die je doen denken aan een nationaal elftal. Milan Baros was er zo één. Lange bruine lokken met haarbandje, een goeie kop met een ietwat brutale blik. 93 caps, 41 goals. Fantastische voetballer, maar bij zijn clubs nooit onbetwist. Voor de meeste Nederlanders onbegrijpelijk, of in ieder geval voor de drie aan tafel, want tegen Nederland was ‘ie altijd goed. Een beetje zoals Maniche van Portugal. Altijd goed voor een goal of assist als ‘’we’’ tegen Tsjechië speelden. Het grote Tsjechië, welteverstaan. Met klinkende namen als Koller… Lees meer